- De hogere invoertarieven kunnen de wereldeconomie vertragen, maar niet doen ontsporen.
- Koersdalingen op de beurzen zorgen voor aantrekkelijke koopkansen en we zien opwaarts potentieel ten opzichte van de huidige niveaus.
- Goud blijft volgens ons een interessante oplossing om uw portefeuille af te dekken.
Macro-economie
De economische vooruitzichten zijn heel wat uitdagender geworden sinds de Amerikaanse overheid een reeks tariefmaatregelen heeft aangekondigd en geïmplementeerd en handelspartners tegenmaatregelen hebben genomen. Ook al werden een aantal maatregelen voor 90 dagen opgeschort, toch heeft de VS haar effectieve invoertarief verhoogd tot het niveau van het begin van de jaren 1930. Dat alleen al zorgt voor flinke tegenwind voor de wereldeconomie. Bovendien woog de onzekerheid over de volgende stappen in de Amerikaanse beleidsvorming ook op de groei en de financiële markten. Hoewel enige vertraging van de wereldwijde groei onvermijdelijk lijkt, verwachten we geen ernstige terugval en denken we dat de groei tegen het einde van het jaar zal beginnen herstellen.
Beleidsonzekerheid blijft hoog in de VS
We zijn optimistisch dat de lopende handelsonderhandelingen het gemiddelde Amerikaanse invoertarief zullen verlagen van het huidige niveau van meer dan 20% naar rond de 15%, wat nog steeds een aanzienlijke stijging van meer dan 10 procentpunten zou vertegenwoordigen. Bovendien verwachten we dat de beleidsonzekerheid op middellange termijn hoog zal blijven, hoewel de piek allicht achter de rug is. Deze veronderstellingen weerspiegelen onze nieuwe prognoses voor de Amerikaanse bbp-groei van respectievelijk 1,2% en 1,1% voor 2025 en 2026. Aangezien hogere tarieven waarschijnlijk zullen leiden tot hogere prijzen, verhogen we onze inflatiedoelstellingen tot 3,2% in zowel 2025 als 2026. Tegen deze achtergrond verwachten we dat de Federal Reserve (Fed) de komende kwartalen een afwachtende houding zal aannemen totdat ze een beter zicht heeft op het traject van inflatie en groei. In het vierde kwartaal zou de Fed dan de eerste van drie renteverlagingen doorvoeren, waardoor de rente tegen eind maart 2026 op 3,50-3,75% uitkomt.
Sterke begrotingsexpansie in Europa
We passen onze groeivooruitzichten voor de eurozone slechts licht aan, aangezien een sterkere begrotingsexpansie later dit jaar de activiteit zou moeten aanzwengelen. Onze nieuwe groeidoelstellingen zijn 0,8% voor 2025 en 1,3% voor 2026. We verlagen ook onze inflatieverwachtingen omdat lagere energieprijzen, een sterkere euro en waarschijnlijk goedkope aanvullende goederen uit China de inflatie tegen eind 2026 tot 2% zouden moeten doen dalen. Hierdoor zou de ECB haar depositorente tegen eind maart 2026 moeten kunnen verlagen tot 1,75%.
Vertraging van de groei in China
Tegen de achtergrond van hoge Amerikaanse tarieven, wordt ook een vertraging van de Chinese groei verwacht. De fiscale uitgaven van Peking zouden dan wel kunnen toenemen, toch is het onwaarschijnlijk dat ze de daling van de uitvoer zullen compenseren. Daarom schalen we onze groeidoelstellingen terug naar 4% en 3,8% voor 2025 en 2026. De inflatie zal waarschijnlijk in beide jaren laag blijven; we verwachten 0,5% voor 2025 en 1,2% voor 2026.
Obligaties: lagere rendementen, hogere volatiliteit
Amerikaanse staatsobligaties: volatiliteit in de rente
De laatste tijd zagen we een hoge rentevolatiliteit1 door de combinatie van stagflatievrees, vrees voor de verkoop van Amerikaanse staatsobligaties door buitenlandse beleggers, herpositionering van hedgefondsen en hogere termijnpremies waardoor de rendementen op staatsobligaties een evenwicht zochten. De hogere termijnpremie die door beleggers wordt gevraagd en de verhoogde herfinancieringsbehoeften zouden de groeizorgen voor een groot deel moeten compenseren en de rendementen dicht bij de huidige niveaus moeten houden (maart 2026 - rendementsdoelstelling op 10 jaar: 4,30%; doelstelling op 2 jaar: 3,95%). De recente volatiliteit benadrukt echter ook het risico op een hevige reactie in geval van acties die het vertrouwen in de staatsobligatiemarkten verder ondermijnen.
Duitse Bunds: opwaartse druk op rendementen
De verwachting van een lichte impact van de handelsfricties op de groei in de eurozone en de mogelijk soepelere ECB duwden de Duitse Bund-rentes al naar benden. De rendementen op langere termijn zouden echter onder opwaartse druk kunnen komen staan door hogere uitgiftes om de fiscale uitgaven in Duitsland te financieren (maart 2026 - rendementsdoelstelling op 10 jaar: 2,50%; doelstelling op 2 jaar: 1,60%).
Investment Grade-obligaties: sterke fundamenten
In de kredietsector zien we ondanks de recente daling van de waarderingen nog steeds een goed aanbod van Investment Grade-obligaties2 (IG), aangezien de rendementen aantrekkelijk blijven en de fundamenten van de balans sterk zijn. Voor de toekomst verwachten we geen significante, aanhoudende vergroting van de spreads. Aangezien de tarieven waarschijnlijk een minder uitgesproken impact zullen hebben op de groei in de eurozone, screent EUR IG relatief gezien gunstiger dan USD IG.
High Yield-obligaties: opwaartse druk op spreads zal aanhouden
Bij High Yield-obligaties3 zijn de spreads al gestegen door de dreiging van hogere wanbetalingspercentages als gevolg de handelsbeperkingen voor kleinere bedrijven. We verwachten dat deze druk zal aanhouden, vooral in de USD-markt.
Opkomende markten: tariefzorgen wegen op de groei
Voor staatsobligaties uit opkomende landen verwachten we dat de credit spreads zullen stijgen vanaf historisch krappe niveaus, aangezien de solide fundamenten voldoende geprijsd lijken en de tariefzorgen op de groei wegen. Voor obligaties uit Azië-Pacific, waarbij veel Aziatische economieën een groot handelsoverschot met de VS hebben, kunnen de aanhoudende tariefspanningen het vertrouwen aantasten en hebben ze al geleid tot een verhoging van de spreads. Wij geloven echter dat er ruimte is voor carry-driven rendement, met een verwachting van slechts marginale verkrapping van de spreads.
Aandelen: betere vooruitzichten in het verschiet
Een zwakkere economische groei zal waarschijnlijk licht wegen op de bedrijfswinsten wereldwijd. Daarom verlagen we onze winstgroeiverwachtingen voor de komende twaalf maanden naar een eencijferige middenmoot. In de VS merken we echter op dat de winsten van de S&P 500 veerkrachtiger zouden moeten blijken dan tijdens de voorbije vertragingen, gezien de grote winst per aandeel-bijdragen van technologie-, communicatie- en gezondheidszorgbedrijven waarvan de bedrijfsmodellen relatief geïsoleerd zijn van economische schommelingen. Daarom raden we deze Amerikaanse sectoren aan voor langetermijnbeleggingen.
Licht verlaagde koersdoelen voor de grote indexen
Ondertussen verwachten we dat beleggers hogere aandelenrisicopremies zullen eisen in een context van grote onzekerheid. Tegen die achtergrond verlagen we onze indexkoersdoelstellingen licht. Onze nieuwe prognose eind maart 2026 voor de S&P 500 is 5.800 punten. Voor de STOXX Europe 600 verwachten we 550 punten en voor de MSCI EM 1.160 punten. We zien vanaf het huidige niveau dus nog steeds een positieve opwaartse trend. Door de onstabiele koers die de Amerikaanse overheid momenteel volgt, zullen er waarschijnlijk nog uitgesproken bewegingen in beide richtingen plaatsvinden, wat opportunistische beleggers koopmogelijkheden kan bieden.
Grondstoffen: goud blijft aan zet als veilige haven
Goud: positieve signalen
In de goudprijzen is een aanzienlijke risicopremie ingebouwd die zal stijgen en dalen met het getij van positieve en negatieve nieuwsstromen. Niettemin zijn de verzwakking van de USD en de vraag naar een veilige haven in deze omgeving goede signalen voor goud. De zogenaamde 'de-dollarisatie' van de wereldwijde centrale bankreserves zal door recente gebeurtenissen verder worden bevestigd, waarbij goud de uiteindelijke begunstigde is (doelstelling voor goud in maart 2026: 3.600 USD/ons).
Olie: overaanbod blijft prijzen drukken
De internationale agentschappen zijn al begonnen met het terugschroeven van hun groeiprognoses voor de olievraag voor dit jaar op basis van de tariefaankondigingen. De OPEC+ is ook minder geneigd om de olieprijzen te ondersteunen, omdat het marktaandeel lijkt terug te winnen. Hoewel lagere prijzen een deel van het geplande aanbod uit niet-OPEC+-landen kunnen doen ontsporen, zou er nog steeds voldoende overaanbod op de markt moeten komen en zo de prijzen drukken (Brentdoelstelling van maart 2026: 63 USD/vat).
Koper: fluctuerende prijzen
De koperprijzen fluctueerden naarmate de Chinese groeizorgen op de voorgrond kwamen, terwijl de Trump-administratie een sectortarief op koperinvoer onderzocht. Niettemin zou een zwakkere USD in combinatie met een aanhoudend zwak aanbod de risico's voor de vraag moeten compenseren (doelstelling voor koper in maart 2026: 9500 USD/ton).
Wisselkoersen: USD blinkt niet langer uit
EUR/USD: verdere verzwakking van de dollar
Stijgende inflatieverwachtingen en hoge obligatierendementen hebben de USD de voorbije weken niet ondersteund. Integendeel, de onzekerheid en de plotselinge wendingen en omwentelingen in het tariefbeleid en de kritiek van president Trump op de beleidsvorming van de Fed zorgden ervoor dat beleggers de betrouwbaarheid van de VS in vraag stelden. Door dit ingedeukte vertrouwen in de USD, begon kapitaal de VS te verlaten na jaren van stabiele instroom. Bijgevolg is de munt gedaald tot het laagste niveau sinds 2021 tegenover de EUR.
We verwachten een verdere verzwakking tot EUR/USD 1,18 tegen eind maart 2026, gedreven door een ongunstige groeidynamiek en verhoogde politieke onzekerheid in de VS. Voor de volledigheid: we verwachten geen aanhoudende vertrouwenscrisis voor Amerikaanse activa, maar een zekere onzekerheidspremie zal waarschijnlijk in de prijs ingecalculeerd blijven.
USD/CNY: geen aanzienlijke devaluatie
China heeft zich tot nu toe onthouden van een aanzienlijke devaluatie van de Chinese yuan (CNY) als reactie op het agressieve handelsbeleid van de VS. Wij denken dan ook dat het land mikt op een aanhoudende muntstabiliteit. Ondanks de verslechterende economische groei verwachten we dus maar een matige devaluatie van de CNY naar USD/CNY7,50 tegen eind maart 2026.
USD/JPY: Japanse yen blijft ondersteund
De JPY zou tijdens de marktturbulentie ondersteund kunnen blijven door veiligehavenstromen en profiteren van de voortgezette, zij het tragere, normalisatie van het monetaire beleid door de BoJ. De JPY zal naar verwachting tegen eind maart 2026 verhandeld worden tegen USD/JPY135.
Beleggingsproducten zijn onderhevig aan risico’s. Ze kunnen zowel omhoog als omlaag evolueren en de kans bestaat dat de belegger het bedrag van zijn belegging niet recupereert. Elke beleggingsbeslissing moet in overeenstemming zijn met uw Financial ID (beleggersprofiel). Meer info op deutschebank.be/financialid.
Prognoses zijn gebaseerd op veronderstellingen, schattingen, meningen en hypothetische modellen of analyses die onjuist kunnen blijken. Alleen ter illustratie. Dit artikel en de informatie die het bevat vormen geen beleggingsadvies.
Rendementen uit het verleden zijn geen betrouwbare indicator voor toekomstige rendementen.
Ontvang het belangrijkste financiële nieuws per e-mail
Nog geen cliënt? Blijf toch op de hoogte over onze beleggingsopportuniteiten en nieuwigheden binnen onze beleggingsdiensten.
U kunt op elk moment uitschrijven.
Dit zou u ook kunnen interesseren

14 april 2025
Wereldhandel: een beslissende wending voor het herverdelen van rijkdom?
1 Volatiliteit verwijst naar hoeveel en hoe snel de prijs van bv. een aandeel, een obligatie, een fonds of een index verandert in de loop van de tijd.
2 ‘Investment Grade’-obligaties zijn obligaties van uitgevers waarvan de financiële situatie als solide wordt beschouwd. Ze hebben een rating van AAA tot BBB- bij Standard & Poor’s, of een equivalente rating bij Moody’s of Fitch. Hoe hoger de rating, hoe groter de kans dat de belegger op de eindvervaldag wordt terugbetaald door de uitgever (behalve bij faillissement).
3 ‘High Yield’-obligaties zijn obligaties van uitgevers waarvan de financiële situatie als veel riskanter wordt beschouwd. Ze hebben een rating tussen BB+ en D bij Standard & Poor’s, of een equivalente rating bij Moody’s of Fitch. Omdat het risico op wanbetaling door High Yield-uitgevers aanzienlijk hoger is, bieden ze een potentieel hoger rendement dan ‘Investment Grade’-obligaties.
4 De term "fonds" is de gebruikelijke benaming voor een Instelling voor Collectieve Beleggingen (ICB), die kan bestaan onder het statuut van een ICBE (UCITS) of een AICB (niet-UCITS), en die diverse rechtsvormen kan aannemen (bevek, GBF enz.). Een ICB kan compartimenten bevatten. De fondsen zijn onderhevig aan risico’s. Ze kunnen zowel stijgen als dalen en mogelijk krijgen beleggers het bedrag van hun belegging niet terug.