Geschreven door
Knut Huys
Senior Fund of Funds Manager
Beleggen in fondsen betekent opportuniteiten opzoeken, maar ook met risico’s omgaan. Die risico’s wegnemen is niet mogelijk. U er zo goed mogelijk proberen tegen te wapenen? Dat kan wel. Er zijn nogal wat gelijkenissen tussen de constructie van een robuuste beleggingsportefeuille en de keuze van een boot. Als uw boot niet over een stevige romp beschikt, waagt u er zich liever niet mee op zee. Want bij de minste storm dreigt averij. Hetzelfde geldt voor uw portefeuille. Als die niet tegen een stootje kan, loopt hij de kans om te kapseizen wanneer het stormt op de beurzen. Er is trouwens nog een analogie tussen boten en beurzen. Wanneer de beurzen helemaal onderuitgaan tijdens een stevige correctie, is het beter om belegd te blijven, net zoals tijdens een zware storm het beter is om het schip niet te verlaten.
Een fondsenportefeuille bestaat bij voorkeur uit een stevige basis, een solide kern. Die kern kunt u eventueel aanvullen met beleggingen waarmee u bijkomende accenten legt: dat zijn de satellieten. Zij geven u de kans om extra zeilen bij te zetten voor de groei van uw portefeuille.
De kern kan bijvoorbeeld bestaan uit een mix van actief beheerde gemengde fondsen die:
De satellieten kunnen bestaan uit thematische beleggingen (zoals klimaatverandering, artificiële intelligentie, water en robotica), sectoren (zoals technologie en financials) of bepaalde categorieën (zoals smallcaps en midcaps). Met andere woorden: complementaire en tactische beleggingen met een uitgesproken groeipotentieel, die risicovoller kunnen zijn dan de kern van de beleggingsportefeuille en dus verhoudingsgewijs best een kleiner percentage uitmaken van de gehele portefeuille.
Als we spreken over strategische allocatie, dan bedoelen we de langetermijnselectie van activaklassen (zoals aandelen, obligaties, cash, vastgoed …). In het verleden hebben de rendementen van de verschillende activaklassen zich niet altijd in dezelfde richting ontwikkeld. Marktomstandigheden kunnen er bijvoorbeeld toe leiden dat aandelen het beter doen op een moment dat obligaties onderpresteren. Het strategisch selecteren, combineren en opvolgen van een zo optimaal mogelijke verhouding tussen activaklassen in functie van uw risicobereidheid is dan ook de boodschap.
Langetermijnstrategie blijkt daarbij veel belangrijker dan kortetermijntactiek. Volgens verschillende studies wordt maar liefst 90% van het rendement van een portefeuille op lange termijn bepaald door de onderliggende activaklassen. Of uw portefeuille vooral uit aandelen of vooral uit obligaties of andere activaklassen bestaat, maakt dus een enorm verschil uit.
Binnen de kern van een portefeuille gaat het streven naar rendement gepaard met het aanvaarden van risico’s. Bij de opbouw van uw portefeuille houdt u daarom best niet enkel rekening met het verwacht rendement, maar ook met periodes van hogere volatiliteit en onzekerheden.
Te veel of te weinig risico nemen of u laten beïnvloeden door het marktsentiment, kan ertoe leiden dat u impulsief gaat kopen en verkopen, waardoor er van een strategie weinig overblijft. Dat kan niet alleen potentieel rendement kosten, het is ook niet kostenefficiënt. Er zijn verschillende manieren om schokdempers (en dus gemoedsrust) in uw portefeuille in te bouwen, bijvoorbeeld door in de kern van uw portefeuille bouwstenen op te nemen die rekening houden met het neerwaartse risico.
1 Fonds: het begrip ‘fonds’ wordt over het algemeen gebruikt voor een instelling voor collectieve belegging (ICB), die het statuut van een ICBE (UCITS) of van een AICB (niet-UCITS) kan hebben. Een ICB kan bestaan uit compartimenten. Fondsen zijn blootgesteld aan risico’s. Hun waarde kan zowel stijgen als dalen en het is mogelijk dat de beleggers het bedrag van hun belegging niet kunnen recupereren.