Opnieuw richting lage rente? Wellicht niet meteen

Markten & beleggingen - 11 juni 2024

Opnieuw richting lage rente? Wellicht niet meteen

1. Economische groei is een bepalende factor voor de rente. Nieuwe technologieën zoals AI bieden potentieel voor een snellere groei. En dat kan de rente hoger houden.

Wanneer iemand verwacht dat zijn inkomen in de toekomst zal dalen, dan zal hij waarschijnlijk nu meer sparen om een vermindering van zijn levensstandaard te voorkomen. Dit is de reden waarom mensen tijdens hun carrière bijvoorbeeld sparen, zodat ze bij hun pensionering geen scherpe daling van hun levensstandaard zien. Als iemand daarentegen zou verwachten dat zijn inkomen veel sneller gaat stijgen, zoals bijvoorbeeld bij een sterkere economische groei, geldt het omgekeerde. Hij zou dan nu minder gemotiveerd zijn om te sparen, omdat hij in de toe-komst zijn inkomen toch ziet aandikken. Om toch spaargeld aan te trekken, moet hiervoor dus een hogere prijs betaald worden (= hogere rente).

Vanaf 2008 kampten veel landen met een zwakke groei. Dat hielp om de rente laag te houden. Bovendien steeg in de jaren 2010 het pessimisme dat de productiviteitsgroei in de toekomst trager zou zijn dan vóór de financiële crisis. Dat heeft een impact omdat rente uiteindelijk toekomstgericht is; daarom zijn verwachtingen voor de toekomstige groei belangrijk.

Maar met de opkomst van artificiële intelligentie en andere technologieën, liggen de kaarten ondertussen anders. Voor het eerst sinds 2008 is er opnieuw een sterk optimisme dat de productiviteitsgroei aanzienlijk kan toenemen. Dit is natuurlijk niet gegarandeerd, maar zelfs de verwachting van een hogere groei alleen al kan de rente een duwtje in de rug geven.

2. Verschillende megatrends zetten overheden ertoe aan om meer te lenen. Ook dat oefent een opwaartse druk op de rente uit.

De rente is eigenlijk een prijs die uitdrukt hoeveel het kost om nu geld te hebben in plaats van in de toekomst. En net als elke prijs wordt de rente bepaald door vraag en aanbod. In dit geval is het dus een kwestie van hoeveel mensen willen sparen (het aanbod van geld) en hoeveel mensen willen lenen (de vraag naar geld). Als de vraag dus stijgt of het aanbod daalt, zal dat de rente doen stijgen.

Overheden hebben véél geld nodig. Vaak hebben ze een begrotingstekort om de kloof te overbruggen tussen het bedrag dat ze uitgeven en het bedrag dat ze aan belastinginkomsten ontvangen. Dus moeten ze geld lenen. Maar als die tekorten oplopen en overheden bijgevolg meer obligaties uitgeven om geld op te halen, zorgt dat voor een opwaartse druk op de rente.

Lage rente

Er kunnen verschillende redenen zijn waarom overheden de komende jaren wellicht meer zullen uitgeven. Ten eerste vergrijst de bevolking. Dat betekent dat er meer geld nodig zal zijn voor gezondheidszorg en pensioenen. Ten tweede zal er door de geopolitieke spanningen waarschijnlijk steeds meer geld vrijgemaakt worden voor veiligheid en defensie. En tot slot zijn er forse investeringen nodig om de strijd aan te gaan tegen de klimaatverandering. Dit alles stapelt zich op in een tijdperk waarin tekorten een vast onderdeel van de beleidsvorming zijn geworden.

3. Het is onwaarschijnlijk dat de inflatie zo laag en stabiel zal zijn als in de 30-40 jaar vóór de pandemie.

Een hogere inflatie doet de nominale rente toenemen, omdat beleggers een hoger rendement eisen als compensatie voor de inflatie. Dat is ook een reden waarom centrale banken doelstellingen hebben om de inflatie laag en vooral stabiel te houden (in de VS en de eurozone is dat 2%). Inflatie die te veel op en neer gaat, creëert onzekerheid voor consumenten, bedrijven en overheden. Als eenzelfde fiets vorige maand 1.000 euro kostte, vandaag 950 euro en volgende maand 1.200 euro, dan maakt dat het moeilijk voor mensen en bedrijven om te plannen en te beslissen wanneer ze moeten kopen.

In de jaren vóór de pandemie was de inflatie redelijk stabiel. Maar sinds 2021 kwam de inflatie fors terug. Voor veel landen, waaronder de VS, aan het hoogste tempo sinds begin jaren 80. Hoewel de inflatie nu wel afkoelt, zijn er redenen om aan te nemen dat deze de komende decennia sterker zal blijven schommelen. De toenemende globalisering is een van de factoren die de inflatie sinds de jaren 80 naar beneden duwde, maar die globalisering vertraagt. Bovendien zijn geopolitieke schokken, die de voorbije jaren frequenter voorkwamen, een bijkomende oorzaak. Zo knalden voedsel-en energieprijzen hoger na de invasie van Oekraïne.

4. De periode van lage rente na 2008 werd aangedreven door unieke factoren die zich waarschijnlijk niet zullen herhalen.

Tot ze in 2022 significant begon te stijgen, lag de rente tijdens de jaren 2010 op een historisch laag niveau. Voor een groot deel was dat het gevolg van de financiële crisis. In die periode piekte de werkloosheid, was de vraag zwak en was er weinig inflatoire druk. Daarbovenop stimuleerden centrale banken de economie door de rente te verlagen tot onder de nulgrens, en door onder meer obligaties op te kopen. Ook na de pandemie in 2020 waren er gelijkaardige ingrepen. Alleen: de financiële crisis van 2008 en de pandemie waren naar historische maatstaven ontzettend grote schokken. In termen van productiedaling waren het de zwaarste recessies in decennia in de VS. Dus zelfs als recessies de komende jaren vaker zouden voorkomen, dan nog zou het historisch gezien minder waarschijnlijk zijn om opnieuw twee zulke grote schokken op korte tijd te verwerken.

Samengevat

Als de rente op een keerpunt staat, zoals nu, neigen we soms de ‘blijvendheid’ van deze verandering te onderschatten. Zo hebben de markten onderschat hoe lang de rente laag zou blijven na 2008. En ook recent waren beleggers te snel om een daling van de huidige hoge rente in te prijzen. Maar de wereld na 2008 werd gedreven door unieke factoren, en er zijn verschillende trends die wel degelijk een opwaartse druk op de rente kunnen uitoefenen de komende jaren. Dus ongeacht waar de rente dit of volgend jaar naartoe gaat, suggereren de langetermijntrends dat de rente op een hoger niveau zal blijven. En dus niet zomaar zal terugkeren naar de ultralage rente zoals in de jaren 2010.

Beleggen in vastrentende waarden?

Ontdek onze oplossing in de vorm van:

Beleggingsproducten zijn onderhevig aan risico’s. Ze kunnen zowel omhoog als omlaag evolueren en de kans bestaat dat de belegger het bedrag van zijn belegging niet recupereert. Elke beleggingsbeslissing moet in overeenstemming zijn met uw Financial ID (beleggersprofiel). Meer info op deutschebank.be/financialid.

Prognoses zijn gebaseerd op veronderstellingen, schattingen, meningen en hypothetische modellen of analyses die onjuist kunnen blijken. Alleen ter illustratie. Dit artikel en de informatie die het bevat vormen geen beleggingsadvies.

Rendementen uit het verleden zijn geen betrouwbare indicator voor toekomstige rendementen.

Ontvang het belangrijkste financiële nieuws per e-mail

Nog geen cliënt? Blijf toch op de hoogte over onze beleggingsopportuniteiten en nieuwigheden binnen onze beleggingsdiensten.
U kunt op elk moment uitschrijven.

Deel dit artikel


ECB zinspeelt op renteverlaging in juni

8 maart 2024

ECB zinspeelt op renteverlaging in juni

Obligaties – Reële rente is belangrijk

26 januari 2024

Obligaties – Reële rente is belangrijk

Obligaties hebben hun X-factor terug

20 december 2023

Obligaties hebben hun X-factor terug

1 De term "fonds" is de gebruikelijke benaming voor een Instelling voor Collectieve Beleggingen (ICB), die kan bestaan onder het statuut van een ICBE (UCITS) of een AICB (niet-UCITS), en die diverse rechtsvormen kan aannemen (bevek, GBF enz.). Een ICB kan compartimenten bevatten. De fondsen zijn onderhevig aan risico’s. Ze kunnen zowel stijgen als dalen en mogelijk krijgen beleggers het bedrag van hun belegging niet terug.

×