Nieuwe spelregels voor de liquidatiereserve: 9 vragen en antwoorden

Estate Planning & Vermogen - 6 mei 2025

Nieuwe spelregels voor de liquidatiereserve: 9 vragen en antwoorden

De nieuwe regering wil het fiscaal regime van de liquidatiereserve voor kmo’s aanpassen. Hoewel niet alles definitief is afgeklopt, zijn de voornaamste krachtlijnen wel al naar buiten gebracht.

1. Wat is een liquidatiereserve?

De liquidatiereserve biedt ondernemers een fiscaal voordelige manier om winsten uit hun vennootschap te halen. Sinds boekjaar 2014 kunnen kmo's jaarlijks een deel van hun belaste winst reserveren tegen een anticipatieve heffing van 10%. Bij uitkering na vijf jaar bedraagt de bijkomende roerende voorheffing slechts 5%. Bij vereffening is zelfs helemaal geen bijkomende belasting verschuldigd. Dit systeem biedt een fiscaal voordelig alternatief voor de reguliere dividendbelasting van 30%.

2. Wat verandert er vanaf juli 2025?

Vanaf 1 juli 2025 wordt de wachttermijn voor de liquidatiereserve ingekort van vijf naar drie jaar. Tegelijkertijd stijgt het tarief van de roerende voorheffing bij uitkering na deze wachttermijn van 5% naar 6,5%. Voor liquidatiereserves aangelegd vóór 1 januari 2026 krijgen ondernemers de keuze tussen het oude en het nieuwe regime. Voor liquidatiereserves aangelegd na 31 december 2025 geldt enkel nog het nieuwe regime met de driejarige wachttermijn en 6,5% roerende voorheffing.

3. Wat is het verschil tussen het oude en nieuwe regime voor de liquidatiereserve?

Oud regime:

  • Wachttermijn van vijf jaar
  • 5% roerende voorheffing bij uitkering na de wachttermijn
  • Totale belastingdruk van 13,64% (10% anticipatieve heffing + 5% roerende voorheffing)

Rekenvoorbeeld:

Boekhoudkundige winst na belastingen    110
10% liquidatieheffing                                       -10
Aangelegde liquidatiereserve                       100
5% RV na vijf jaar                                                  -5
Netto                                                                      95

95 netto op een kost van 110 is een belastingdruk van 13,64%

Nieuw regime:

  • Wachttermijn van drie jaar
  • 6,5% roerende voorheffing bij uitkering na de wachttermijn
  • Totale belastingdruk van 15% (10% anticipatieve heffing + 6,5% roerende voorheffing)

Rekenvoorbeeld:

Boekhoudkundige winst na belastingen    110
10% liquidatieheffing                                       -10
Aangelegde liquidatiereserve                       100
6,5% RV na drie jaar                                            -6,5
Netto                                                                      93,5

93 netto op een kost van 110 is een belastingdruk van 15%

Voor liquidatiereserves aangelegd vóór 1 januari 2026 zou u, volgens de meest recente berichten in de pers, dus vanaf 1 juli 2025 de keuze hebben: ofwel wacht u de volledige vijf jaar en betaalt u 5% roerende voorheffing, ofwel kiest u voor het nieuwe regime en kunt u na drie jaar uitkeren tegen 6,5%.

4. Wat zijn de fiscale gevolgen van de nieuwe regeling?

Door de wijziging stijgt de totale belastingdruk op uitgekeerde liquidatiereserves licht, van 13,64% naar 15%. Deze stijging van 1,36 procentpunt kan significant zijn bij grote bedragen. Daar staat tegenover dat u sneller over uw geld kunt beschikken. Het belastingvoordeel blijft wel substantieel in vergelijking met de reguliere dividendbelasting van 30%. Let op: in deze vergelijking is het inflatie-effect niet meegerekend, omdat er een wachttermijn van respectievelijk vijf of drie jaar geldt in plaats van een onmiddellijke dividenduitkering. De regering heeft met deze wijziging het tarief van de liquidatiereserve in lijn gebracht met het VVPR-bis regime, dat ook een belastingdruk van 15% heeft.

5. Kunnen bestaande liquidatiereserves versneld uitgekeerd worden?

Ja, bestaande liquidatiereserves die op 1 juli 2025 al een wachttermijn van drie jaar hebben doorlopen, kunnen versneld worden uitgekeerd met een roerende voorheffing van 6,5% in plaats van de gebruikelijke 20% (die geldt voor uitkeringen binnen de vijfjarige wachttermijn). Dit betekent dat liquidatiereserves aangelegd voor boekjaren 2020 en 2021 vanaf 1 juli 2025 versneld kunnen worden uitgekeerd tegen dit gunstigere tarief. Onder de oude regeling – 5 jaar te tellen vanaf de eerste dag na het afsluiten van het boekjaar – zou dit per 1 januari 2026 en 2027 geweest zijn. Belangrijk is dat u altijd eerst de oudste liquidatiereserves uitkeert.

6. Wat is het verschil tussen de liquidatiereserve en het VVPR-bis regime?

Het VVPR-bis regime is een ander fiscaal gunstregime voor dividenden van kmo-vennootschappen. Het verlaagt de roerende voorheffing van 30% naar 15% voor dividenden uitgekeerd op aandelen die sinds 1 juli 2013 zijn uitgegeven in ruil voor een inbreng in geld. De wachttermijn hiervoor bedraagt drie jaar (met 30% roerende voorheffing in het eerste jaar en 20% in het tweede jaar).

Met de nieuwe wijzigingen worden beide systemen op elkaar afgestemd:

  • Beide hebben een wachttermijn van drie jaar
  • Beide hebben een totale belastingdruk van 15% (bij VVPR-bis direct via 15% roerende voorheffing, bij liquidatiereserve via 10% anticipatieve heffing + 6,5% roerende voorheffing)

Een belangrijk verschil blijft dat de liquidatiereserve bij vereffening volledig belastingvrij kan worden uitgekeerd, wat bij het VVPR-bis regime niet het geval is. Verder wordt de wachttermijn op een andere manier berekend. Bij VVPR-bis kan een dividend worden uitgekeerd aan 15% roerende voorheffing voor dividenden verleend of toegekend uit de winstverdeling van het derde boekjaar volgend op de inbreng. Aan de voorwaarde van de wachttermijn dient bij VVPR-bis slechts éénmaal te worden voldaan (bij de winstverdeling over het derde boekjaar volgend op de inbreng van geld). Aan de wachttermijn voor de liquidatiereserves daarentegen dient jaarlijks te worden voldaan.

7. Wanneer is het interessant om te wachten met de uitkering van bestaande liquidatiereserves?

Als u het geld niet dringend nodig heeft, is het fiscaal voordeliger om voor liquidatiereserves aangelegd in 2020 te wachten tot 1 januari 2026. Dan kunt u deze uitkeren tegen 5% roerende voorheffing in plaats van 6,5%, wat een besparing van 1,36% betekent. Voor liquidatiereserves uit 2021 geldt hetzelfde: als u kunt wachten tot 1 januari 2027, bespaart u eveneens 1,36% belasting.

Als u uw vennootschap op termijn plant te vereffenen, is het zelfs nog voordeliger om de liquidatiereserves in de vennootschap te laten zitten tot de vereffening. Dan is er helemaal geen roerende voorheffing meer verschuldigd.

8. Wanneer is het interessant om bestaande liquidatiereserves versneld uit te keren?

Het versneld uitkeren van liquidatiereserves is vooral interessant als u dringend privé-geld nodig heeft. Als u zonder deze versnelde uitkering zou moeten wachten tot de volledige vijfjarige wachttermijn is verstreken, of anders 20% roerende voorheffing zou moeten betalen, dan biedt de nieuwe regeling een aantrekkelijk alternatief. U kunt dan reeds vanaf 1 juli 2025 uitkeren tegen 6,5% in plaats van 20%, wat een aanzienlijke besparing oplevert. De vuistregel is: keer alleen versneld uit als u het geld echt dringend privé nodig heeft. Anders is wachten fiscaal voordeliger.

9. Wat moet ik regelen voor een uitkering vanaf 1 juli 2025?

Voor een uitkering vanaf 1 juli 2025 heeft u een extra ('bijzondere') algemene vergadering nodig. U kunt dit dividend niet toekennen op de gewone jaarlijkse algemene vergadering, aangezien deze normaal gesproken vóór 30 juni moet plaatsvinden (als uw boekjaar samenvalt met het kalenderjaar). De datum van 'toekenning' of ‘betaalbaarstelling’ is immers bepalend voor het tarief van de roerende voorheffing.

Ten slotte gelden enkele algemene regels. De vennootschap dient volgens de regels van het vennootschapsrecht de mogelijkheid te hebben een dividend uit te keren, en er dient voor bepaalde vennootschapsvormen zonder kapitaal een liquiditeitstest en netto-actieftest te worden uitgevoerd. Overleg hierover met uw accountant of uw financieel raadgever.

Heeft u vragen over uw vermogensplanning?

Neem contact op met uw adviseur of uw Private Banker.
Hij of zij helpt u met plezier.

Ontvang het belangrijkste financiële nieuws per e-mail

Nog geen cliënt? Blijf toch op de hoogte over onze beleggingsopportuniteiten en nieuwigheden binnen onze beleggingsdiensten.
U kunt op elk moment uitschrijven.

Deel dit artikel


Welke (bank)zaken moet u regelen als een familielid overlijdt?

28 oktober 2024

Wat gebeurt er met uw gezinswoning als u overlijdt?

Zeg vaarwel tegen uw spreadsheet

5 december 2024

Zeg vaarwel tegen uw spreadsheet

De levensverzekering als instrument van successieplanning

27 november 2024

11 onmisbare tips voor uw vermogensplanning

×