Geschreven door
Wim D'Haese
Head Investment Strategist
Samengevat:
Als enige grote economie slaagde China er in 2020 af te sluiten met 2,3% groei. Ook de voorlopige cijfers voor 2021 wijzen erop dat China op koers ligt voor een sterk jaar. Deutsche Bank verwacht dit jaar een groei van 8,7%. China is de grootste exporteur ter wereld en het land is klaar om verder te profiteren van het globale herstel. Naast de export toont ook de binnenlandse consumptie zich tot nog toe sterk.
Maar terwijl de meeste economen dit jaar uitgaan van 8 tot 10% groei, ambieert China zelf ‘slechts’ een groei van ‘boven de 6%’. Nog opvallend: in het nieuwste vijfjarenplan voor 2021-2025 staan zelfs géén streefcijfers. Deze aanpak verschilt sterk van het vorige vijfjarenplan, toen China mikte op een jaarlijkse groei van ruim 6,5%. In plaats daarvan wil China nu “de economie binnen een redelijke marge draaiende houden” en “jaarlijkse streefcijfers vaststellen op basis van specifieke omstandigheden”.
Achter deze vage verklaringen zit evenwel een heldere strategie. Niet gehinderd door cijfermatige doelstellingen is de Chinese regering duidelijk van plan prioriteit te geven aan een aantal langetermijndoelstellingen. Nu het bbp per inwoner meer dan 10.000 USD bedraagt, heeft het land meer speelruimte om de komende jaren in te zetten op een tragere, maar kwalitatief betere groei en het aanpakken van structurele prioriteiten. Hoewel deze nieuwe beleidskoers op korte termijn wellicht ten koste gaat van de groei, zal het concurrentievermogen van China er op lange termijn wellicht door toenemen.
Wat kunnen we dan precies verwachten? Een evenwichtiger economische ontwikkeling van de verschillende regio’s, een sterkere binnenlandse consumptie, meer aandacht voor milieukwesties en gezondheidszorg en meer technologische innovatie.
In het jongste vijfjarenplan verklaarde de overheid dat de CO2-intensiteit1 van de economie tegen 2025 met 18% moet verminderen. China ambieert ook de energie-intensiteit met 3% te verminderen in 2021, en de uitstoot van verontreinigende stoffen te blijven verlagen. Daarnaast wil China sterker inzetten op hernieuwbare energie, zijn er plannen om meer oplaadstations voor elektrische voertuigen te bouwen en de recyclage van batterijen te versnellen en verbeteren. Op langere termijn wil China CO2-neutraal zijn tegen 2060.
De handelsspanningen met de VS en de coronacrisis hebben China nogmaals gewezen op de sterke afhankelijkheid van export. Mee als gevolg daarvan is de expansie van de binnenlandse vraag in China en de verdere ontwikkeling van binnenlandse distributieketens een prioriteit voor de regering. China wil meer bepaald de regio’s met lagere inkomens in het midden en het westen van het land beter ontwikkelen en de gezinsconsumptie stimuleren.
De centrale overheid verhoogt de uitgaven voor onderzoek in 2021 met 10,6%. Bestaande fiscale voordelen op R&D-uitgaven (research & development) blijven gehandhaafd, of worden uitgebreid. De sterke focus op R&D is bedoeld om technologische innovatie aan te moedigen, vooral in de verwerkende industrie. Aangezien China geconfronteerd wordt met sommige westerse landen die Chinese technologie weren en de export van toptechnologie naar China blokkeren, wil China wellicht meer technologische zelfredzaamheid door innovatie in eigen land te bevorderen.
Het jongste vijfjarenplan heeft als doel de verstedelijkingsgraad te verhogen tot 65% in 2025. Daardoor zouden 70 miljoen Chinezen de komende vijf jaar voor het eerst in een stad wonen. China is van plan efficiënte, groene en leefbare stedenclusters te ontwikkelen die meer stadsbewoners kunnen huisvesten. De ontwikkeling van slimme steden zit in de pijplijn, aangezien het nieuwe vijfjarenplan ernaar streeft de penetratiegraad van 5G-gebruikers tegen 2025 op te trekken tot 56%, tegenover 18% nu. Er komen ook meer intercity spoorlijnen om de ontwikkeling van de stedelijke clusters te vergemakkelijken.
De Chinese gezondheidssector is na de VS de grootste ter wereld. De marktomvang van de Chinese gezondheidssector bedroeg in 2019 1.100 miljard USD. Maar vergeleken met ongeveer 10% van het bbp in veel Europese economieën en bijna 18% van het bbp in de VS, vertegenwoordigt de gezondheidssector in China nog maar 6,6% van het bbp. Meer recent heeft de coronacrisis de snelle groei van China’s gezondheidszorgsector ondersteund. De gezondheidszorgsector zal de komende jaren waarschijnlijk verder kunnen profiteren van nog meer overheidssteun.
Eind maart kondigde de Amerikaanse beurswaakhond aan dat ze maatregelen zou nemen die kunnen leiden tot het schrappen van de notering van buitenlandse bedrijven. Veel Chinese techaandelen maakten na deze aankondiging grote bokkensprongen. De nieuwe schrappingswet markeerde duidelijk een escalatie van de spanningen tussen de VS en China, die zich nu ook in de financiële sector doorzet.
Bovendien hebben de VS en enkele Europese landen ondertussen nieuwe sancties ingesteld tegen een aantal Chinese functionarissen.
In juni keurde de Amerikaanse Senaat dan weer een pakket van 250 miljard USD goed om innovatie te boosten (specifiek in artificiële intelligente, ruimtevaart en halfgeleiders) en op technologisch vlak te kunnen blijven concurreren met China.
Hoewel er geen venijnige tweets meer richting China verstuurd worden vanuit het Witte Huis, wil dit niet zeggen dat de regering Biden bereid is het beleid tegenover China te versoepelen. Er zouden meer maatregelen tegen Chinese bedrijven kunnen volgen op het gebied van handel, financiën en technologie. Er blijft dan ook nog veel onzekerheid rond het beleid van Amerikaanse zijde, en dat vond ook zijn weerslag in het jongste vijfjarenplan.
Op langere termijn blijft Deutsche Bank positief over Chinese aandelen, maar de volatiliteit op korte termijn kan hoog zijn. Chinese bedrijven die meer blootgesteld zijn aan de binnenlandse vraag, kunnen veerkrachtiger zijn bij een escalatie van de internationale spanningen. Omgekeerd zouden de meer internationale technologiebedrijven en bedrijven met een grote blootstelling aan de export het zwaarst getroffen kunnen worden in dat geval. Een manier om uw portefeuille hieraan aan te passen is door activa te spreiden over enerzijds structurele winnaars uit de technologiesector en anderzijds cyclische bedrijven die zouden moeten profiteren van de economische opleving.
Wat de Chinese bedrijfsobligaties betreft, blijft Deutsche Bank een gematigd positieve visie behouden. Het betere macro-economische klimaat, de hogere bedrijfswinsten en een over het algemeen soepel monetair beleid kunnen volgens ons de Chinese bedrijfsobligaties ondersteunen (net als de aandelenmarkt overigens). In vergelijking met andere opkomende markten denken wij dat de Chinese bedrijfsobligaties veerkrachtiger kunnen zijn. We wijzen echter op enkele belangrijke risico’s voor de Chinese bedrijfsobligaties dit jaar, zoals de stijgende rendementen op Amerikaanse obligaties, het anticyclische monetaire beleid van de Chinese centrale bank en de risico’s op wanbetaling bij bedrijven.
Dit artikel is gebaseerd op een rapport
van de Deutsche Bank groep: CIO Special – China: moving towards quality growth (april 2021).
Raadpleeg het volledige rapport in het Engels en de bronnen.
1 De CO2-intensiteit is de CO2-emissie per eenheid toegevoegde waarde. Stel dat de productie van een auto 10 ton CO2 veroorzaakt, dan zal de uitstoot tijdens het productieproces met 18% of 1,8 ton CO2 moeten dalen om een (gelijkwaardige) auto te maken.
2 De term 'fonds' is de gebruikelijke benaming voor een Instelling voor Collectieve Beleggingen (ICB), die kan bestaan onder het statuut van een ICBE (UCITS) of een AICB (niet-UCITS), en die diverse rechtsvormen kan aannemen (bevek, GBF enz.). Een ICB kan compartimenten bevatten. De fondsen zijn onderhevig aan risico’s. Ze kunnen zowel stijgen als dalen en mogelijk krijgen beleggers het bedrag van hun belegging niet terug.