Geschreven door
Knut Huys
Senior Fund of Funds Manager
Samengevat
Er zijn steeds meer mensen op de wereld en die verbruiken steeds meer energie. Het IEA (International Energy Agency) mat dan wel een lichte terugval van 5% op in 2020 door COVID-19, verwacht wordt dat dit zich snel zal herstellen. Het agentschap voorspelt dan ook een groei van 9% in energieverbruik tegen 20301. Tegelijk slinken de natuurlijke energiebronnen en warmt het klimaat op. De omschakeling naar hernieuwbare energiebronnen is daarom geen keuze: het is een must.
Deze megatrend biedt dan ook potentieel voor beleggers. In bedrijven beleggen die windmolens in elkaar schroeven en zonnepanelen bakken: dat is wellicht het eerste waar beleggers aan denken. Maar dat is slechts één facet van het duurzame energieverhaal. Want de omschakeling naar duurzame energie heeft ook gevolgen voor de manier waarop we energie distribueren en opslaan. En tegelijk blijft de nood aan een efficiënter energieverbruik bestaan.
Hier hebben we het over beleggingen in producenten en toeleveranciers van onder meer zonnepanelen, windturbines en waterkrachtcentrales. Daarnaast behoren ook energieleveranciers tot deze categorie, voor zover ze geen blootstelling hebben aan kernenergie, steenkool, olie, gasontginning en biobrandstoffen. De teelt van biobrandstoffen is namelijk gelinkt aan ontbossing, een groot waterverbruik en kan een impact hebben op biodiversiteit. Gewassen telen voor brandstof betekent ook dat er landbouwareaal verdwijnt voor voedsel.
De wind waait niet altijd, de zon schijnt niet altijd. Dat betekent dat de stroomtoevoer door de omvorming naar duurzame energie steeds wisselvalliger zal worden. Daarom zijn er goed uitgebouwde netwerken nodig die vraag en aanbod op elkaar kunnen afstemmen.
Terwijl energievoorziening vroeger een top-downverhaal was (enkele producenten en heel veel consumenten), is het landschap sterk aan het veranderen. Vandaag zijn er miljoenen installaties die energie produceren: van gigantische windmolenparken tot de zonnepanelen op het dak van de overbuur.
De productielocaties zijn niet alleen toegenomen en meer verspreid, steeds meer consumenten worden ook prosumenten (producent én consument). Om ervoor te zorgen dat de aanvoer en afname stabiel blijven, zijn er slimme en flexibele netwerken nodig en IT-toepassingen die consumptie- en productiepatronen nauwkeuriger monitoren.
Gasturbines en steenkoolcentrales kunnen op een relatief eenvoudige manier ‘aan- en uitgezet’ worden. Terwijl dat bij hernieuwbare energie minder het geval is. Beschikbare energie moet meteen geconsumeerd worden, of opgeslagen worden. Dat zijn processen die om een hoge graad van automatisatie vragen. Er is dus niet alleen opslagcapaciteit nodig om tijdelijk overtollige energie op te slaan, maar ook netwerkoplossingen om dit zo efficiënt mogelijk te regelen.
Dit gaat om oplossingen die bijdragen tot de energie-efficiëntie van gebouwen, industriële processen en transport. Of oplossingen die heel snelle gegevensverwerking mogelijk maken met een maximale energie-efficiëntie, zoals op het terrein van artificiële intelligentie, 5G-netwerken en autonoom rijden.
4 interessante domeinen op zichzelf maar gecombineerd maken ze een sterk beleggingsdossier.
Deel dit artikel